In dit boek schrijft Conner Rousseau zijn verhaal: hoe hij het tot ieders verwondering schopte tot voorzitter van Vooruit (voorheen: SP.A). Dat verhaal begint in de Barkentijn. De jeugdkampen die daar plaatsvonden waren het onmisbare begin voor al wat volgde. Het waren de jeugdkampen die Rousseau met beide voeten in de samenleving zetten. Daar ontstond zijn maatschappelijk engagement en zijn visie op de samenleving en begon wat hij zijn politieke strijd omschrijft. Op die plaats ontmoette hij kinderen als T., die hem een ongemakkelijke realiteit voorhielden, namelijk dat onze samenleving nog altijd heeft af te rekenen met armoede, ongelijke kansen, verwaarlozing, discriminatie en onderdrukking.